zondag, december 24, 2006

Kerstavond

Ik ben anti-christelijk opgevoed. Mijn vader zat regelmatig met een lege fles wijn aan de eettafel voor zich uit te mompelen: "Achthonderd jaar….. achthonderd jaar." Vervolgens sloeg hij zichzelf met de platte hand op het voorhoofd en riep nog eens naar de rest van het gezin, dat zich schrikachtig voor de televisie had verzameld (in mijn herinnering stond dan altijd de Berend Boudewijn Kwis of Éen van de Acht op): "Achthonderd jaar!!!". Maar niemand reageerde. Wij wisten tenslotte allang waar die achthonderd jaren op sloegen. Er was niets tegenin te brengen. Het was inderdaad belachelijk dat een geschiedenis pas achthonderd jaar na dato was opgeschreven en vervolgens tot Heilig Boek en daarmee de waarheid was verklaard. En dat in naam van die Bijbel de meest afschuwelijke misdaden waren begaan...ook dat was een onomstreden feit. Hij had dus gewoon gelijk, maar we wilden het hem niet steeds opnieuw geven. Hij moest niet zo drammen en niet zoveel drinken.
Kerstmis is het vieren van de geboorte van Jezus (mijn vader had geen goed woord voor hem over). Maar het is ook het mid-winterfeest. Het moment van de ommekeer, van de stilte. De langste nacht is voorbij: we gaan weer op weg naar het licht van de zomer. Alles wat nu dood lijkt, zal weer tot leven komen en vruchten afwerpen.
Tien jaar geleden zat ik met Kerstmis verstopt op een klein appartementje van een vriendin hier in Amsterdam. Ik heb twee dagen gehuild en in mijn dagboek geschreven. Over waarom ik weg moest gaan bij de vader van mijn kinderen. Over dat ik Zoon en Dochter (vier en zeven indertijd) niet meer elke dag zou zien, omdat we co-ouderschap wilden. Over dat ik een nieuw leven moest zien te beginnen (hoe, in Godsnaam hoe?!).
Twintig jaar geleden kwam Zus mij bezoeken op een klein Grieks eilandje, waar ik drie maanden bivakkeerde om te studeren. Het regende pijpenstelen die Kerst, maar het landschap bleef betoverend mooi en kleurrijk. Niks Nederlandse grijzige mistroostigheid. Wandelen door de groene bergen met een paraplu en een dun jasje aan! 's Avonds wijn drinken op het overdekte balkon met uitzicht op zee. Blaffende honden in de verte, pruttelende vissersbootjes op het water. Àlle Sissi-films op televisie met Griekse ondertitels. Rust en Vrede alom.
Vijfentwintig jaar geleden de laatste Kerst bij mijn ouders thuis. Ik herinner me vaag hoe de vriendin van oudste Broer op de oprit stond te kotsen, toen alle kinderen plus aanhang van pure ellende besloten om naar de kerk te gaan om middernacht. Binnen aan tafel bij mijn ouders was het echt niet om te harden. Dronken waggelden we naar het dorp. De koude nachtlucht deed ons goed. Voor het eerst van mijn leven maakte ik een beatmis mee. Ik vond het verschrikkelijk, maar alles beter dan thuiszitten bij mijn ouders op Kerstavond.

Twee jaar geleden was Dochter de weg behoorlijk kwijt en kwam met moeite thuis op de afgesproken tijd. Ze was er, maar nauwelijks aanwezig. Ze hing een beetje wazig op de bank. Een jaar geleden mocht ze van de hulpverleners met Kerst voor het eerst weer eens een nachtje thuis slapen. Wat een feest!
En dit jaar komt ze met Vriend aanzitten aan het Kerstdiner. Er liggen cadeautjes onder de boom voor iedereen. Zoon en ik hebben onze cd’s met mooie muziek alvast uitgepakt en genieten van Bach. Straks ga ik de keuken in om allerlei lekkers in elkaar te flansen. Het is dit jaar allemaal heel rustig en vredig. Zoals het de bedoeling is: niet van de Bijbel of van Jezus, maar van mij.

Geen opmerkingen: